Flow Mentale Training (Daniëlle van der Klein-Driesen en Wouter Zuidervaart) gaf vrijdag voor studenten van de  HAN University of Applied Sciences een webinar ‘IK ALS SPORTPEDAGOOG’. In deze actieve online workshop hebben we samen gekeken hoe sportpedagogen (prestatie)gedrag van trainers, sporters en ouders positief kunnen beïnvloeden.
Foto Sport in Perspectief Veldtraining bij PAC Atletiek

Bewezen effectief coachen is positief en taakgericht. Toch hameren we veel op wat niet goed gaat en op de resultaten. Jij kunt hier verandering in brengen.
– Uit (TOP)Sport In Perspectief Online Trainers Training

Pedagogisch Sterk Coachen

Vaak wordt vooral het positieve pedagogische verhaal vertelt (kinderen moeten plezier hebben, je moet positief zijn). Door herkenbare voorbeelden (waar lopen betrokkenen tegenaan?) zullen zij zich eerder aangesproken voelen. Wat doe je bijvoorbeeld als:
Kinderen zich ‘storend gedragen’ tijdens de training of wanneer ouders ‘te hoge verwachtingen hebben’.

Het moet normaal worden in sportopleidingen van trainers/coaches die met kinderen en ouders werken, dat zij ook kennis krijgen van het werken met kinderen en ouders (pedagogisch en didactisch).

Coaches, sporters en ouders moeten zich aangesproken voelen wanneer je hen adviseert. Dat betekent dat je als sportpedagoog:

  • Goed moet observeren.
  • Het kind als individu ziet en indien nodig maatwerk levert.
  • Inspringt op echte problemen waar de club tegenaan loopt. 
  • De taal van de sport spreekt.
  • Je aanpak praktisch toepasbaar maakt.

 

Voorbeeld vanaf het voetbalveld:
Opdracht voor de coach: “Stop eens met coachen, even niets zeggen.”

We keken naar het effect op het prestatiegedrag van de voetballers. De spelers speelden minder actief en een aantal leek bijna stil te vallen.
Toen stelde we de vraag aan de spelers: “Wat gebeurde er?”
“Wij raken gemotiveerd als de trainer roept,” zei een speler. “We weten niet wat we moeten doen,” riep een ander.
Ik vroeg: “Maar voor wie spelen jullie?”

Op zo’n moment worden zowel de coach als de spelers aan het denken gezet. Zij ervaren het effect van hun eigen (prestatie)gedrag. Dat geeft inzicht en soms reden tot aanpassing.

 

Vragen van HAN-studenten

1.Vraag student:
“Ik ben turntrainer.
Er zijn een hoop verschillende kinderen. Sommige kinderen gooien bij wijze van spreken heel de turnzaal omver, dan vraag ik me af hoe ik diegene het beste kan helpen?”

Een Veilig Pedagogisch Klimaat betekent dat je maatwerk kunt leveren. Dat is complex wanneer je misschien wel een groep hebt met 25 sporters. Wat al sterk is, dat jij jezelf afvraagt wat jij kan doen om het gedrag te veranderen. Wees nieuwsgierig!

Benoem op een rustig moment naar het kind wat je ziet en wat dat met jou doet. Daarna vraag je wat jij kan doen, zodat het kind makkelijker kan luisteren, bijvoorbeeld:
Meer activiteit en je coachverhaal korter, het kind mee laten helpen met klaar zetten, sommige kinderen even tactisch neer zetten (dus niet naast elkaar).

Bij herhaaldelijk storend gedrag kun je bij ouders navragen: ‘Hoe kan ik jullie kind helpen, zodat hij lekker kan sporten.’ Ouders zijn dan op de hoogte dat er problemen zijn en vaak weten zij heel goed de gebruiksaanwijzing van hun eigen kind.

2.Vraag student:
“Er hangt een spanningsveld tussen straffen en een plezierig klimaat. Soms zitten er kinderen tussen die iets fout doen, dan geven we ze een kruis van lintjes om te laten zien dat ze iets fout doen, maar dit zien ze als een plezierig iets.”

Het werkt effectiever om positief gedrag zichtbaar te maken. Dat is immers gedrag wat je vaker wil zien. Benoem hardop: “Fijn, jullie hebben de hesjes gehaald.” Zeker in de leeftijd 14, 15 jaar gaan sommige sporters letterlijk op de grond liggen als er iets gedaan moet worden. Beetje humor helpt vaak wel.

Wanneer het structureel gebeurt en steeds dezelfde sporters wat doen, kun je dit kort bespreken tijdens de training. Laat de sporters zelf oplossingen en consequenties verzinnen. Zo kun je makkelijker corrigeren en zorg je gelijk voor teamspirit.

Doe daarna een spel waarbij ze ervaren dat het samen leuker en effectiever is (als ze samenwerken hogere score). Oudere kinderen 16, 17 vinden dat ook mooi.

 

3.Vraag student: “Ik help een jongeren met gedragsproblemen en heb hierbij moeite bij om te switchen tussen de verschillende opleidingsniveaus en het gedrag dat ze vertonen.”

Wanneer het jou lukt de kracht van deze jongeren te optimaliseren, zullen zij wat extra’s laten zien. Het mooiste is wanneer jij het storende gedrag ziet als een experiment waar jij samen met de jongere de oplossing voor zoekt. Waarbij je eerlijk durft uit te spreken, dat jij het soms ook lastig vindt en vooral de mooie kanten van de jongere er uit licht.

Bij cognitieve verschillen is het belangrijk je verhaal kort te houden. Als je het vermoeden hebt dat er een paar het niet begrijpen, loop je bij hen nog even langs om het individidueel nog te verduidelijken. Bied duidelijke regels en structuur. Maak hierbij het onderscheid tussen ‘onwil’ (hij heeft er geen zin in) en ‘onvermogen’ (hij kan het niet of vindt het heel moeilijk).

Wil je (prestatie)gedrag van sporters beter begrijpen en hierop inspringen, lees dan:
GAS en REM in de Sport. Mentaal Sterk Coachen.

Sportouders

“Mijn vader maakte tijdens de wedstrijd altijd gebaren met de intentie om mij een bepaalde kant op te sturen. Ik heb hem gezegd dat ik dat niet fijn vond. Toen heeft hij andere gebaren verzonnen………….!@#”

Het voorbeeld dat een student geeft is heel herkenbaar. Goedbedoeld, maar toch een beetje storend. Het helpt wanneer de club investeert in verbinding met de ouders.

Wanneer ouders zich verbonden voelen zullen zij zich eerder inzetten voor de club, maar kunnen er ook afspraken gemaakt worden, zodat er rolduidelijkheid ontstaat.

Nu worden ouders soms wel gevraagd voor bardienst, teamouder of jury, maar moeten ze zich er verder niet mee bemoeien.

Wil je meer hierover lezen:
Als je maar wint. Sportouders in perspectief.

 

 

Mentaal Sterk Trainen

Als sportpedagoog kun je helpen het zelfvertrouwen en de plezierbeleving van sporters te vergroten. Verzin kleine oefeningetjes waarbij je ze behalve fysiek laat sporten ook mentaal uitdaagt,bijvoorbeeld: vooraf een plan te verzinnen, samen te werken, zich te focussen op 1 ding.

Wees creatief in je aanbiedingsvormen. De kinderen gaan harder werken, maar hebben ook nog eens lol. Jong en oud vinden dat prachtig.

Foto Marleen Fouchier: Lancering boek Als je maar wint bij S.B.V. Excelsior

Zo laat een trainer mij op mijn best presteren

Mentale training op de atletiekbaan net zo normaal als loopscholing